SV | Toen beval de koning, en zij brachten Daniel voor, en wierpen [hem] in den kuil der leeuwen; [en] de koning antwoordde en zeide tot Daniel: Uw God, Dien gij geduriglijk eert, Die verlosse u! |
WLC | בֵּאדַ֜יִן מַלְכָּ֣א אֲמַ֗ר וְהַיְתִיו֙ לְדָ֣נִיֵּ֔אל וּרְמֹ֕ו לְגֻבָּ֖א דִּ֣י אַרְיָוָתָ֑א עָנֵ֤ה מַלְכָּא֙ וְאָמַ֣ר לְדָנִיֵּ֔אל אֱלָהָ֗ךְ דִּ֣י [אַנְתָּה כ] (אַ֤נְתְּ ק) פָּֽלַֽח־לֵהּ֙ בִּתְדִירָ֔א ה֖וּא יְשֵׁיזְבִנָּֽךְ׃ |
Trans. | bē’ḏayin maləkā’ ’ămar wəhayəṯîw ləḏānîyē’l ûrəmwō ləḡubā’ dî ’arəyāwāṯā’ ‘ānēh maləkā’ wə’āmar ləḏānîyē’l ’ĕlâāḵə dî ’anətâ ’anətə pālaḥ-lēhh biṯəḏîrā’ hû’ yəšêzəḇinnāḵə: |
Toen beval de koning, en zij brachten Daniel voor, en wierpen [hem] in den kuil der leeuwen; [en] de koning antwoordde en zeide tot Daniel: Uw God, Dien gij geduriglijk eert, Die verlosse u!
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
Toen beval de koning, en zij brachten Daniel voor, en wierpen [hem] in den kuil der leeuwen; [en] de koning antwoordde en zeide tot Daniel: Uw God, Dien gij geduriglijk eert, Die verlosse u!
____Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!